MEESTER PRIKKEBEEN
Boudewijn de Groot (The Netherlands)
Hij staat in de sneeuw aan de poort van de stad
En prikt de dagen van december op z'n hoed
Hij fluit z'n pluche lapjeskat
Want hij heeft last van muizenissen die nesten maken in z'n baard
Maar 't dier laat hem altijd mooi fluiten
't Dier preekt ernstig voor de vissen
Gevallen van een haringkar
Hij lokt de dagen met z'n lied
De dagen vliegen, hij blijft staan
Waar komt hij vandaan (2x)
Hij koestert de dagen van rood cellofaan
Van glitter en watten en sterrenpapier
Geen mens kent zijn naam (2x)
refr.:
Meester Prikkebeen (2x)
Mensen lopen langs hem heen
Hij blijft alleen meester Prikkebeen
Lantaarnopstekers gaan stil door de nacht
Hij speelt z'n draailier voor hun harige gezicht
Slaap gerust, sluimer zacht
Een paladijn met zijn soldaten blijft even luisteren naar hem
Toch blijft z'n schotel leeg, ze lachen
Alleen een meisje blijft staan praten
Een mager meisje van plezier
Waarom speel jij geen ander lied
Je ogen en je mond zijn koud
Ik weet geen refrein
Ik draag op m'n borsten een sleutel van goud
Het licht in m'n oog is een ster die verschiet
Zo kan ik niet zijn
refr.
Ze danst in de sneeuw en ze speelt tamboerijn
Terwijl de lapjeskat heel stil de passie preekt
Het geurt naar brood en warme wijn
En in de sneeuwnacht bij de ballen verwachten ze 't nieuwe jaar
De laatste nacht komt aangevlogen
De laatste slagen zijn gevallen
'n Vuurpijl spuit de hemel in
En morgen verdwijnen ze over het land
Morgen verdwijnen ze over het land
Het nieuwe jaar is wijd en groen
Een bloemenwei is leeg en groen
Nooit zien ze hem weer (2x)
Wie weet wat de dagen
Wie weet wat de dagen dit jaar zullen doen dit jaar zullen doen
Zij speelt met de kat (2x)
En hij zwaait met zijn hand (2x)
Vaarwel en tot ziens (2x)
Misschien tot ziens (2x)
refr.